Algeciras

Algeciras, half twee ’s middags. We rijden redelijk moeiteloos over de lange brug richting het havengebied. Al snel doemen de eerste mensen op om ons in juiste banen te leiden. Tanger Med is de bestemming en een oranje papier met het woord Tanger erop wordt achter onze ruitenwissers geklemd. Het zal niet het enige papiertje blijven. Heel duidelijk is de route voor ons uitgestippeld, een kwestie van de weg tussen betonblokken volgen en op gezette tijden de aanwijzingen van Spaanse politie en hulpdiensten volgen. We rijden over een immens terrein dat volledig is ingericht om de verwachte topdrukte op te vangen. Tientallen meters lange parkeerstroken, ongeveer 12-14 naast elkaar, worden afgewisseld met grote metalen constructies voorzien van een puntdak waarover een plastic zeil strak is gespannen. Wij passeren parkeervak na parkeervak en constructie na constructie, totdat we zelf in een vak worden geleid. Ook hier weer: heldere instructies, duidelijke begeleiding door Spaanse beambten en geen enkele ruimte om voor te piepen of zelf regels te verzinnen. We tellen twee van die grote parkeervakken die vol staan met 12 tot 14 rijen auto’s en mensen die zich uit de auto’s hijsen en in alle rust onder de metalen constructies in de schaduw gaan staan, zitten of liggen. Er worden koelboxen geopend. Iedereen is rustig en wacht op zijn beurt. Tegelijkertijd is er permanente beweging in het laden van de stroom auto’s, wat bijdraagt aan het vertrouwen houden in een snelle voortgang. De auto’s blijven uit de parkeervakken stromen, als een vak leeg is wordt het hele vlak natgespoten om de hitte tegen te gaan en daarna stroomt een vak direct weer vol met nieuwe auto’s. Het gaat er niet om bij welke maatschappij je hebt geboekt, je hebt een plek in de lange rij en wacht tot je een boot op kunt. Alle maatschappijen werken samen tijdens de hoogtijdagen. 

Ik wandel, beter gezegd ik laveer, tussen de rijen auto’s op mijn ontdekkingstocht in deze nieuwe wereld. Van sommige auto’s loeit de motor stationair zodat de airco verkoeling brengt aan de inzittenden, die de auto verkiezen boven de overdekte constructies aan de zijkanten van de parkeervakken. Iedereen zoekt zijn weg in de zomerhitte die niemand spaart op dit immense terrein. Toch overheerst de rust en het geduld. Alsof mensen voelen dat het geregeld is, het systeem eerlijk en volgens heldere spelregels verloopt. En zoals altijd: de beweging verraadt dat er schot in zit, je komt aan de beurt. 

Overal zijn toiletten maar en daarover ben ik dan weer verrast, ook douches. En die worden door veel mensen gebruikt. Lange zwetende autoritten worden van de naakte lijven afgespoeld. En overal schoonmakers die alles schoon proberen te houden. Een enorme voedselcaravan heeft een rijk assortiment aan broodjes, snacks, drinken en andere lekkernijen. Een EHBO-post, een gratis waterpunt en een ambulance zijn in onze directe nabijheid voor handen. Ik kijk mijn ogen uit.

Dan lijkt het erop dat ook wij aan de beurt zijn om ons door de Spaanse douane te laten controleren. Rij voor rij loopt ons parkeervak leeg en dan zet ook onze rij zich in beweging. Een auto waarvan de familie nog niet doorheeft dat ze kunnen rijden wordt door alle andere auto’s rustig omzeild. Geen onvertogen woord. Nauwelijks een toeter roert zich. 

De Spaanse douane zorgt voor een geleidelijke doorstroming. Voldoende poorten zijn open. Beambten dirigeren de stroom auto’s op hun plek in de rijen voor de douanepoorten. Ook wij sluiten aan en rollen na een korte controle door en worden weer gedirigeerd naar parkeerstroken waar auto’s in cohorten klaar staan om zich in te schepen. Voor het eerst kan iemand zich niet beheersen en racet door het stapvoets voortschrijdende verkeer heen om een betere plek te bemachtigen. Een striemend claxon-protest valt hem te deel. En hij steekt zijn hand uit ten teken dat hij zijn oorspronkelijke plaats in de rij toch maar weer inneemt. Niet in de laatste plaats omdat Spaanse agenten de automobilist achterna rennen en hem door het zijraam duidelijk maken dat hij pas op de plaats moet maken. 

De tweede wachtronde begint. Ik tel de auto’s, kijk naar de grootte van het schip en verwacht dat we mee kunnen maar ben niet zeker van mijn zaak. Pas als de controleur onze papieren die inmiddels bij het oranje papiertje achter de ruitenwissers zijn gestopt, afscheuren en daarna een ander de overgebleven kaarten scant, ben ik er gerust op dat we deze boot zullen halen. En al snel blijkt dat mijn schattingen aan de veel te lage kant zijn. Na ons vullen nog zeker tien andere rijen deze enorme veerboot. De overtocht naar Marokko staat op het punt van beginnen. 

Dit is deel 2 in een drieluik waarvan de eerste Volksverhuizingen afgelopen zondag verscheen. Klik hier voor de link naar Volksverhuizingen. Aanstaande zondag het slot in dit drieluik getiteld ‘de overtocht’.

Een gedachte over “Algeciras

Plaats een reactie